Bart Fieremans 12 januari 2019 , Het Laatste Nieuws
MEER SPORT De skitoekomst van Sam Maes oogt zeer veelbelovend. In december racete de 20-jarige Belg – die zowat heel zijn leven in Oostenrijk doorbracht - naar zijn eerste Wereldbekerpunten, ook vandaag in Adelboden mikt hij op de topdertig. Zorgt Maes ooit voor een skihype in ons land? “Ik droom van een olympische medaille voor België.”
Tenzij u op een andere planeet leeft, weet u dat er momenteel bakken sneeuw in de Alpen ligt. De geplande afdaling en super-G in het wereldbekercircuit van de vrouwen in het Oostenrijkse Sankt-Anton is dit weekend door de sneeuwoverdaad afgelast. Pech voor ex-olympisch kampioene Lindsay Vonn: de 34-jarige Amerikaanse skidiva ziet haar comeback en recordjacht op de 86 wereldbekerzeges van de Zweed Ingemar Stenmark na een knieblessure een weekje uitgesteld.
De wereldbekerrace in slalom en reuzenslalom in het Zwitserse Adelboden gaat dit weekend wel gewoon door. “Hier heeft het de laatste dagen een dikke halve meter gesneeuwd, maar de piste is goed onder controle. Nu is het prachtig weer”, aldus Sam Maes, daags voor de race. In zijn eerste wereldbekerwedstrijd van 2019 hoopt Maes zijn vorm van vorig jaar door te zetten. Maes verbaasde afgelopen zomer in Queenstown in Nieuw-Zeeland met vier zeges in reuzenslalom of slalomraces van de Internationale Skifederatie (FIS). In de juniorenranking klom hij zo naar de eerste plek. En vorige maand sprokkelde Maes zijn eerste WB-punten in Val d’Isère en Saalbach. Na Armand Marchant in 2016 is hij pas de tweede mannelijke Belg die daarin slaagt. (Lees verder onder de foto van een dolblije Maes na zijn eerste WB-punten in Val d’Isère)
Adelboden is een belangrijke afspraak voor Maes: “In elke wereldbekerrace is het doel om topdertig te eindigen, dan kan ik nog een tweede manche racen. Februari is heel druk met het WK junioren er nog bij, daar mik ik op het podium. Op het WK zelf hoop ik richting top-15 op te schuiven, omdat per nationaliteit slechts vier skiërs mogen meedoen. We moeten afwachten hoe de vorm tegen dan is.”
Maes is hoe dan ook goed op weg om zich een naam te maken in het internationale skiën. Opmerkelijk natuurlijk voor een Belg, maar dat is meer door geboorte. Maes groeide vanaf de leeftijd van twee op in Oostenrijk. Zijn ouders verlieten België in 2000 en vestigden zich in Zell am See om een pension uit te baten. Maes kreeg het skiën met de paplepel ingegoten en doorliep de Oostenrijkse topsportschool. Zijn sterke progressie in 2018 maakte de vraag van Oostenrijk of Maes zich wou laten naturaliseren alleen maar groter: “Iedereen weet dat ik in België geboren ben, maar natuurlijk zien ze mij in Oostenrijk ook wat als Oostenrijker. Ik praat hun dialect. In mijn leeftijdscategorie was ik altijd heel goed, maar niet de beste junior. Dat is vorig jaar veranderd. Niemand had verwacht dat het zo snel zou gaan. Na mijn resultaten in Nieuw-Zeeland wilde Oostenrijk me zeker hebben. Maar daar ben ik niet op ingegaan. Ik wou altijd voor België skiën.” (Lees verder onder de foto)
HIj geniet ook financiële steun van het BOIC en het Adeps, de Waalse sportfederatie. Bij Sport Vlaanderen lag die steun moeilijker. De Vlaamse federatie ziet skiën als een niet-prioritaire sport om te investeren. Maar uitkomen voor België heeft nog een ander voordeel. In het Oostenrijkse skiteam is de concurrentie door de enorme talentenvijver bikkelhard: “Mijn Oostenrijkse vrienden zijn soms een beetje jaloers dat ik voor België kan skiën. Ik heb niet de druk van het Oostenrijkse skiteam. Ik heb meer tijd om mezelf te ontwikkelen. Maar mijn band met de Oostenrijkse skiërs is wel heel goed, omdat ik vroeger alle wedstrijden met hen deed. We zijn goed bevriend.” (Lees verder onder de foto)
Zijn talent en huidige resultaten laten het beste verhopen voor de toekomst. De Olympische Winterspelen in Bejing spelen al in het achterhoofd. Maes proefde vorig jaar als jonge knaap al van de Winterspelen in Pyeonchang, met een knappe 32ste plaats in de reuzenslalom. Ee, mooie ervaring. “En ik voel dat ik nog veel progressie kan maken. Zeker fysiek heb ik nog veel potentieel om te verbeteren. Het doel is om binnen drie jaar in de wereldtop aan te komen en kans te maken op medailles. Ik droom van een olympische medaille, maar niemand die nu kan zeggen of dat gaat lukken. Ik ben op de goede weg, maar de laatste stap zetten is nog iets anders. Hoe beter, hoe kleiner de marge. Er kan intussen nog heel veel gebeuren, ook blessures en zo.”
“Met het risico om te vallen en zich te blesseren moet je leren leven. Dat mag je niet afstoppen om elke keer honderd procent te geven. Als het gebeurt, is het zo. Zo steek ik die angst weg” Sam Maes
Armand Marchant kan het weten. Hij was in 2016 op 19-jarige leeftijd de allereerste mannelijke Belg die wereldbekerpunten gesprokkeld had, maar een maand later liep hij bij een onfortuinlijke val een zware knie- en scheenbeenblessure op. Zeven operaties later is Marchant pas recent weer beginnen trainen in de Alpen – twee jaar tijd verloren dus. “Ik ken Marchant goed en hoop dat hij zo snel mogelijk zijn beste niveau van vroeger haalt.” Maes erkent het risico om te vallen en zich te blesseren: “Het kan in elke run gebeuren, daarmee moet je leren leven. Maar dat mag je niet afstoppen om je elke keer honderd procent te geven. Als het gebeurt, is het zo. Zo kan ik die angst goed wegsteken.” Maes typeert zich niet als een waaghals. Geen Bode Miller-type dus? “(lacht) Hij skiede wat zot. De stijl maakt dat je een waaghals bent of niet. Ik ben eerder iemand die niet te wild skiet. Qua techniek en stijl is Matts Olsson ietwat mijn voorbeeld waar ik naar opkijk.”
Zaterdag 12 januari: 10u30 eerste manche reuzenslalom, 13u30 tweede manche reuzenslalom
Zondag 13 januari: 10u30 eerste manche slalom, 13u30 tweede manche slalom
Comentarios